dinsdag 2 juli 2013

Eigen les in lesfasenmodel (Linda)

Schilderij door Edvard Munch


1. Het schilderij is geschilderd door Edvard Munch en bracht onlangs op een veiling 120 miljoen dollar op. Het is dus een erg gewild en bekend schilderij, maar hoe heet het?
(mimetische stadia) De schreeuw.

2. Als Edvard Munch aan jou zou vragen het schilderij een naam te geven, hoe zou het schilderij dan heten? Waarom zou je het zo noemen?
(associatieve stadia)Naar eigen inzicht een goed onderbouwde andere naam bedacht.

3. De kale persoon staat op de voorgrond van het schilderij. Maar niet alleen deze persoon bepaald de sfeer van het schilderij. Wat is er op de achtergrond te zien? En wat voor een sfeer roept dat bij je op? Beargumenteer je antwoord.
(Formele stadia) Op de achtergrond is te zien dat de man op een brug staat, verderop staan nog wat andere mannen in pak. Daarnaast is de waterkant te zien, en een bootje dat op het water ligt. Sfeer die het bij je oproept kan zijn: eenzaam, somber, verdrietig, donker, duister; omdat de mannen in pak duidelijk afstand houden, het bootje kabbelt maar een beetje en de kleuren die gebruikt zijn zorgen er voor dat er een negatieve sfeer heerst.

4. Wat voor een gezichtsuitdrukking heeft de persoon op de voorgrond van het schilderij?
(interpretatieve stadia) Hij schreeuwt, is bang, angstig, geschrokken, verward.

5. Bij vraag 4 heb je een antwoord gegeven. Uit welke andere aspecten van het schilderij blijkt nog meer dat je antwoord bij vraag 4 het juiste antwoord is?
(expressieve stadia) De handen van de persoon op de voorgrond liggen op zijn hoofd, dat duidt op dat de persoon geschrokken is. Daarna zit er een kronkel in het lichaam van de persoon, dit kan ook duiden op verwarring.



Lesfasenmodel: De Schreeuw door Edvard Munch
Voorbereiding
Context
Belevingswereld
De Schreeuw past in de belevingswereld van de leerlingen omdat ze momenteel in de beginnende pubertijd zitten. Alle leerlingen ondergaan veel veranderingen, worden opstandig, onzeker, stil of juist heel luidruchtig. Allemaal rondvliegende emoties. Daarom zouden ze het naar mijn idee leuk vinden de emoties van de persoon op De Schreeuw te evalueren.
Basisplan
Opdracht en randvoorwaarden
Bij het schilderij heb ik een aantal vragen gemaakt. Het is allereerst de bedoeling dat ze deze serieus maken. Als ze daarmee klaar zijn en mijn goedkeuring hebben mogen ze aan de slag met een eigen schilderij. In dat schilderij moeten hun eigen gevoelens naar voren komen. Als een meisje altijd er vrolijk is, wil ik een vrolijk persoon op de foto zien, etc. Er is serieus gewerkt aan de uitdrukkingen van de persoon en de omgeving van de persoon straalt dezelfde emotie uit. Dit kan door gebruik van kleuren.
Doelen
Beeldend doel:
Het doel is om een persoon te schilderen met een hoofdemotie (een emotie die de leerling vaak voelt). De omgeving van de persoon straalt deze emotie ook uit.
Technisch doel:
Bij het maken van het schilderij krijgen de leerlingen pastelkrijtjes (hier is De Schreeuw o.a. ook mee gemaakt). Tijdens het schilderen wordt goed gebruik gemaakt van de mogelijkheden die pastelkrijtjes bieden (deze leg ik aan het begin van de les uit). Daarnaast wordt goed gebruik gemaakt van kleur om de emoties duidelijk te maken.
Receptie
/Oriƫntatie
Introduceren
Beeldcultuur
Om het onderwerp goed te introduceren heb ik zelf ook een schilderij gemaakt van mijn emotie. Daarbij vertel ik een verhaal. Daarnaast neem ik verschillende foto’s van schilderijen die duidelijk een emotie naar voren brengen. Om het simpel te houden, hou ik het bij de vijf hoofdemoties: blij, boos, bedroefd, bang en bezorgd.
Beeldaspecten
In het schilderij moet ik duidelijk drie verschillende manieren van het gebruik van pastelkrijt terug zien. Aan het begin van de les zal ik verschillende manieren aan bod laten komen.

Ontwikkelingsfasen
Natuurlijk zijn er leerlingen die niet goed zijn in schilderen of beeldende vorming. Daarom zal ik tijdens deze les letten op deze specificaties van de leerlijn:
- leerlingen hebben begrip van schaduw, silhouet, licht, perspectieven, ruimte (overlapping etc.), lijnpatronen, uit vrije hand tekenen, vormen kunnen emotionele lading hebben, kleur maakt sfeer, gebruik contrasten.

Informeren
Beeldbeschouwen
Tijdens de les zal ik de leerlingen (vooral aan de hand van de vragen) leren kijken naar schilderijen. De leerlingen het schilderij leren te beoordelen en er een mening over te vormen.

Instrueren
Beeldend Probleem
Ik zou graag willen kunnen zien op de schilderijen hoe jullie je voelen. Door alleen de schilderijen te zien, en niet jullie gezichten.


Beoordelen
Beoordelingscriteria:

onvoldoende
voldoende
goed
score
Serieus aan gewerkt/goed verzorgd

max. 2 punten
 0,5 punt

Heeft het werk afgeraffeld.
1 punt

Heeft het minimale gedaan.
2 punten

Heeft goed zijn best gedaan, ziet er netjes uit.

Originaliteit


max. 2 punt
0,5 punten

Lijkt erg op dat van anderen.
1 punt

Matig aanwezig
2 punten

Heeft iets unieks gemaakt.

3 manieren gebruik van pastelkrijt

max. 3 punten
1 punt

Gebruik gemaakt van 1 manier.
2 punten

Gebruik gemaakt van 2 verschillende manieren.
3 punten

Gebruik gemaakt van 3 verschillende manieren.

Visualisering
van emotie

max. 3 punten
1 punt

Zwak aanwezig
2 punten

Matig aanwezig
3 punten

Sterk aanwezig




Geen opmerkingen:

Een reactie posten